Wereldkroniek van wonderen

Dokkum

Hier hangt een schilderij van een 17e-eeuwse burgemeester die een bijzonder boek in bezit had: een rijk geïllustreerde wereldkroniek die rond 1500 een bestseller was.

Luister dit verhaal als podcast

In het stadhuis van Dokkum hangt een schilderij gemaakt in 1697 door kunstenaar Gerard ‘Gatze’ Wigmana uit Workum. Afgebeeld is een man des huizes samen met zijn familie, dienaren en een onbekende, maar schijnbaar belangrijke gast. In 2021 heeft het Rijksmuseum in Amsterdam dit schilderij gebruikt voor de tentoonstelling Slavernij. Wie was die man des huizes? Een 17e-eeuwse burgemeester van Dokkum, Julius Schelto van Aitzema.

Deze Julius Schelto van Aitzema had een bijzonder boek in bezit: Liber Chronicarum, ook wel bekend als de Kroniek van Neurenberg. Deze kroniekEen kroniek is een boek dat vertelt over de geschiedenis van een bepaald gebied of een bepaalde groep. Zo bestaan er nationale kronieken, stadskronieken en wereldkronieken, maar ook kronieken over monnikenordes. Uit bijna elk land in Europa zijn middeleeuwse kronieken overgebleven; ze waren dus erg populair. Wereldkronieken waren populair tot in de late Middeleeuwen, maar ook werden er steeds meer regionale kronieken geschreven.van de wereld is geschreven door Hartmann Schedel, een arts uit Neurenberg met brede interesse in kunst en wetenschap, en uitgegeven in 1493. Schedel wilde de geschiedenis van de wereld beschrijven in zes tijdperken, en daarna de apocalyps, gebaseerd op de christelijke eschatologieEschatologie is een theologische term voor de leer over het einde der tijden. Verschillende religies hebben compleet verschillende ideeën over wat er dan zal gebeuren. De wereldreligies jodendom, islam en christendom hebben wel het idee gemeen dat er een messias of profeet zal komen. In de christelijke eschatologie, die in deze Wereldkroniek aan de orde is, staat de wederkomst van Jezus centraal en de Dag des Oordeels — de dag waarop God over iedereen zal oordelen. In deze kroniek wordt dit proces, net als de komst van de Antichrist, uitgebreid beschreven en geïllustreerd. In één afbeelding is te zien dat engelen de gelukkigen naar de hemel leiden, terwijl duiveltjes mensen aan hun haren hun graf in trekken.. Hij deed dit in samenwerking met een team van kunstenaars, wetenschappers en historici.

Het boek werd gedrukt in Neurenberg door Anton Koberger, een van de succesvolste drukkers van Duitsland. Het werd een daverend succes: meer dan 2000 exemplaren werden gedrukt. Honderden zwart/wit illustraties gemaakt door middel van houtsnedenHoutsneden zijn gedrukte afbeeldingen gemaakt door middel van houtsnijkunst. In een houten plaat wordt met een beiteltje een afbeelding gesneden, waarna de plaat met inkt wordt bedekt. Dan kan de plaat op papier worden gedrukt en ontstaat er een inkt-illustratie in spiegelbeeld. In Europa zijn de eerste houtsneden gemaakt in de 14e eeuw. Na de uitvinding van de drukpers in de 15e eeuw werd de techniek ook gebruikt in de boekdrukkunst.sieren de bladzijden van deze wereldkroniek. Ze maakten dit boek toentertijd het meest geïllustreerde boek ter wereld. Een voorbeeld van zo’n illustratie is de Danse Macabre, de dodendans, een veelvoorkomend thema in middeleeuwse kunst. We zien vijf skeletten, waarvan drie in een levendige dans zijn verwikkeld, terwijl een vierde een instrument bespeelt en de vijfde net uit zijn graf omhoog komt. Deze afbeelding is nog steeds erg populair en zelfs te koop op t-shirts.

In ons exemplaar zijn illustraties in het begin van het boek afgezetHet inkleuren van kaarten en afbeeldingen werd ook wel afzetten genoemd. Op kaarten werden randen van gebieden ‘afgezet’ met kleur om voor een duidelijk contrast tussen gebieden te zorgen. Uiteindelijk werden inkleurders algemeen bekend als afzetters. Sommige afbeeldingen werden ingekleurd om praktische redenen, bijvoorbeeld bij afbeeldingen van planten en dieren: daarvan wil je graag de werkelijke kleuren zien. Andere boeken werden puur voor de sier ingekleurd, vooral religieuze: zo kregen ook gelovige analfabeten een goed beeld van de religieuze boodschap. Niet zelden lieten boekhandelaren hun boeken zelf afzetten om de boeken tegen een veel hogere prijs te kunnen verkopen. Zo werden de ingekleurde exemplaren van Hartmann Schedels Wereldkroniek (1493) voor de dubbele prijs verkocht., maar later ontbreekt alle kleur. Misschien heeft een boekhandelaar de opdracht gegeven tot afzetten, maar is dit nooit afgemaakt. Of is misschien één van de vroegere eigenaren hiermee begonnen? Ook zijn er allerlei aantekeningen geschreven in de kantlijn en zijn zinsneden onderstreept. Nog opvallender is de wereldkaart achterin het boek. Hierop staat ook het huidige grondgebied van Nederland afgebeeld en boven Frisia is een eiland afgedrukt. In dat eiland staat met de hand geschreven: groningen. Wie heeft dit opgeschreven?

INC 163, fol. 2r met aantekeningen in de marge
INC 163, kaart na fol. 299: “groningen” met de hand geschreven op het eiland naast FRISIA
INC 163, fol. 5v
INC 163, fol. 91r: Keulen aan de Rijn met de Dom in aanbouw (rechterdeel van de prent)
INC 163, fol. 21r: Sodom en Gomorra (Bijbel, Genesis 19:1-29)
INC 163, fol. 14v: aartsvader Noach (Bijbel, Genesis 6-9)

Een kandidaat is Rodolphus Kannegheter, pastoor in Noordlaren aan het eind van de 15e eeuw. Kannegheter was ook lid van de prestigieuze kalendebroederschapKalendebroederschappen waren groepen leken en geestelijken in Noord-Duitsland en Nederland die periodieke bijeenkomsten hielden waarbij vooral gebeden voor overledenen prioriteit hadden. Verder hielden de kalendebroeders zich bezig met het ondersteunen van armen en was het hun doel om sober te leven. Oorspronkelijk kwamen zij op de eerste dag van de maand (in het Latijn: Kalendae) bijeen — vandaar hun naam. In Groningen bestond dit genootschap sinds 1318 en trok het prominente leden aan, zoals belangrijke geestelijken. Twee keer per jaar kwam dit genootschap bijeen om psalmen te zingen en een maaltijd te delen. Dit hadden sobere bijeenkomsten moeten zijn, maar dat was niet altijd het geval: soms werd er zoveel alcohol gedronken dat er kritiek op kwam.. Hij was dus een Groninger én betrokken bij de geestelijke gemeenschap in Groningen. Heeft hij Groningen toegevoegd aan deze wereldkaart en het boek gevuld met aantekeningen? Dat zou kunnen, maar zeker weten we het niet. Wellicht was hij de eerste bezitter van deze editie, maar misschien was er nog een eigenaar vóór hem: voorin het boek staat namelijk anno domini 1500 opgeschreven.

Titelblad van de kroniek met de handgeschreven mededeling dat dit boek per testament door meester Rodolphus Kannegheter is vermaakt aan de bibliotheek van de Martinikerk in Groningen. “Gebruikers moeten bidden voor de ziel van de schenker.”

Na Kannegheters dood in 1506 kwam zijn boek bij testament terecht in de bibliotheek van de Martinikerk in Groningen, die wellicht ook functioneerde als stadsbibliotheek. Daar is het waarschijnlijk voornamelijk gebruikt door geestelijken. In deze bibliotheek lagen dit soort boeken ‘aan de ketting’: aan de boekband werd een ketting bevestigd, die weer vastzat aan een boekenkast, zodat je de boeken niet kon meenemen. Later was dit boek tijdelijk in bezit van ene Jacob Canter; hoe hij aan het boek kwam, is onbekend. In ieder geval gaf hij in 1683 dit boek aan Julius Schelto van Aitzema, die is afgebeeld op het schilderij in het stadhuis van Dokkum.

In 1714 overleed Van Aitzema en in 1758 wordt deze kroniek voor het eerst genoemd in de catalogus van de Universiteitsbibliotheek Groningen.

Auteur: Kjelda Glimmerveen

  • Heeft u extra informatie?Help ons dit verhaal aan te vullen
    Naam
    Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.