Op deze plek vlakbij de begraafplaats Selwerderhof staat nu een uitkijktoren, maar ooit stond hier het benedictijner klooster van Selwerd. Het klooster is gesticht tussen 1150 en 1200 en heeft bestaan tot 1595. Dit forse manuscript van 206 perkamenten bladen is hier gemaakt en wel tussen 1469 en 1488. Het is een lectionarium: letterlijk een voorleesboek. Het bevat de teksten voor de Metten, het eerste gebed van de dag dat vlak voor zonsopkomst hardop werd voorgelezen. Op het dekblad voorin dit boek staat het eigendom vermeld in sierlijke letters: In zyloe, ad sanctam catherinam prope groeningen. Toe zelwert. Oftewel: “In Selwerd, in het Sint-Catharinaklooster bij Groningen. Te Selwerd.” Uit deze woorden blijkt de plaats waar het boek vandaan komt en ook de patroonheilige van het klooster: de heilige Catharina van Alexandrië. Officieel was het klooster een dubbelklooster met monniken en nonnen. In de praktijk werden veel dubbelkloosters in deze regio voornamelijk bevolkt door nonnen. Dit gold ook voor Selwerd.
Op het moment dat dit boek werd geschreven, was Hendrik Vries (1444-1480), de vader van de bekende humanist Rudolf Agricola, de abt van dit klooster. Vries staat bekend om de grote veranderingen die hij in het klooster Selwerd teweeg heeft gebracht. Onder zijn leiding beleefde het klooster een ware bloeiperiode. De bezittingen van het klooster breidden zich uit en de tucht in het klooster werd hersteld. Onder abt Vries werd in het klooster ook een scriptorium opgezet. Daar schreven en kopieerden nonnen handschriften voor eigen gebruik en voor de gegoede burgerij. Dit was een goede inkomstenbron voor het klooster. Dit lectionarium is ongetwijfeld geschreven voor eigen gebruik.
Een aantal nonnen uit Selwerd kennen we bij naam: Hildegard Sigers, Wendelmodis Roltemans, Renseken Syghers, Ghese ten Broeke en Agnes Martini. Zij hebben tussen 1468 en 1500 meegewerkt aan het schrijven of verluchten van boeken in het scriptorium. De meeste handgeschreven boeken werden indertijd niet gesigneerd door de kopiist, maar in een aantal boeken uit Selwerd zijn de namen van deze nonnen te vinden. Helaas geldt dit niet voor dit lectionarium en daarom valt niet vast te stellen wie dit boek heeft geschreven.
In 1469 sloot het klooster van Selwerd zich aan bij de Congregatie van Bursfeld. Dit was een jonge en zeer godsdienstige vereniging van hervormde kloosters binnen de benedictijnse orde. De orde was zeer begaan met de liturgie (de dienst) en de inhoud van de boeken, wat binnen de aangesloten kloosters zorgde voor een verhoogde schrijfactiviteit. Tijdens de generale kapittels, bijeenkomsten van alle aangesloten kloosters, werd gesproken over het creëren van een lectionarium dat volgens de ideeën van de congregatie moest worden samengesteld. Hiervan werden er vier gemaakt en naar aangesloten kloosters gebracht, waar ze konden worden gekopieerd. Het lectionarium van Selwerd is op dit Bursfeld lectionarium gebaseerd.
Ruim een eeuw later, in 1595, is het klooster van Selwerd opgeheven. Wat er toen is gebeurd met dit lectionarium is onbekend. Wellicht is het nog gebruikt in een van de twee refugia die het klooster Selwerd bezat aan de Boteringestraat in Groningen. In ieder geval is het tussen 1615 en 1870 in bezit gekomen van de Universiteitsbibliotheek Groningen.
Auteur: Nouschka van der Meij